Het Verhoor: Lydie Dramah
22 december 2019 


Vorige zondag publiceerden we Machination #03 van Lydie Dramah op Pulp deLuxe. De reeks kan best wel een korte handleiding gebruiken: eerst publiceerden we Machination, gevolgd door de “prequel” Machination #00. Het derde deel sluit dan weer naadloos aan op waar Machination eindigde. We gingen eens horen bij de Franse Lydie Dramah vanwaar haar fascinatie kwam voor het menselijk lichaam.

door Bruno Willaert

verhoor-lydie

Wat moet de lezer over je weten?
Ik ben in januari 2017 vanuit Frankrijk in Luik aangekomen op de Academie voor Schone Kunsten, met als doel te tekenen. Eerst gebeurde dat via een uitwisseling van Erasmus. Toen werd ik letterlijk meegesleurd door Luik, zijn mensen, zijn academie en zijn land in het algemeen. En dus zit ik momenteel in het laatste jaar van mijn masterdiploma beeldverhaal.

Het absurde, het vreemde, wat veel mensen niet willen zien, heeft me altijd in verwarring gebracht.

Ik miste het tekenen heel erg op mijn oorspronkelijke kunstacademie in Le Havre. Achteraf gezien was het iets waar ik al een paar jaar onbewust naar op zoek was. Kunststudie zat altijd in mijn achterhoofd, ook al was er niemand in mijn familie of in mijn omgeving die zich daarmee bezighield. Na een korte periode van grafisch ontwerp, teken ik nu al iets meer dan drie jaar. Tekenen, illustreren, en het is eindelijk de strip die me verleidde. Ik heb deze keuze gemaakt, omdat ik vanaf het begin een grote vrijheid in mijn werk heb gekregen, evenals een zeker vertrouwen, waardoor ik mij gemakkelijk kon uitdrukken en mijn universum zonder aarzeling op papier kon zetten. Er waren geen specifieke verwachtingen van de kant van de nieuwe studenten, geen kennis, referenties of wat dan ook. Je hoefde alleen maar iets te tekenen, iets te vertellen. En dan kregen we begeleiding, advies en richting in het creatieve proces.

De aflevering van Machination die we vorige zondag op Pulp deLuxe publiceerden is reeds de derde uit je reeks die we weliswaar in een andere volgorde publiceerden. Je lijkt een bijzondere fascinatie te hebben voor het menselijke lichaam. Hoe is je wondere wereld ontstaan?
Wat het universum betreft, was ik enkele maanden voor mijn aankomst in Luik al bezig met het tekenen van hybriden om me op te warmen. Hybriden bestaande uit menselijke ledematen, levende organen, plantaardig, zonder kop of staart, in zwart-wit. Het absurde, het vreemde, wat veel mensen niet willen zien, heeft me altijd in verwarring gebracht, denk ik. Ik wil er niet specifiek een bepaald gevoel mee weergeven. Ik wil er me alleen mee amuseren. Ik denk dat mijn tekeningen me iets proberen te vertellen en over te brengen, maar ik weet nog niet wat.

 

Wat betreft de tekeningen, de materialen en de texturen, denk ik dat het komt door het feit dat ik geen voldoende lange en/of puur academische tekenopleiding heb gehad (anatomie, perspectief enz). Ik heb ook nooit geprobeerd om die richting uit te gaan. Bovendien had ik, toen ik meer dan 4 jaar geleden begon te graveren, deze minutieuze kant van texturen van allerlei aard, die we in mijn strips kunnen vinden, vanaf het begin vrij sterk. In het begin ging ik niet echt uit van mijn onhandige lijnen, zonder oefening en techniek. Al snel raakte ik gewoon aan het ‘opvullen’ met texturen, waardoor ik dacht dat het een fout was in mijn tekening. Zo heb ik geleerd om beeldverhalen op mijn eigen grafische manier te maken, in eerste instantie zeer verzadigd, vooral in deze strip, met zeer simplistische karakters. Maar ik heb nooit geprobeerd om ‘het goed te doen’, of om ‘het goed te laten lijken’. Nu accepteer ik deze manier van tekenen voor mezelf.

Machination is mijn eerste stripboek. Bijna drie jaar geleden kreeg ik een boek aangeboden dat de hele anatomie van het menselijk lichaam opsomt: van de kleinste vaatjes tot de spieren, de botten. Ik was er meteen nog meer door gefascineerd. Aan het begin van deze Erasmus-uitwisseling kreeg ik mijn eerste oefening: in een 12-kwadraatsbord een verhaal maken over een personage dat via een deur binnenkomt/buiten gaat in verwijzing naar het pictogram dat naar de nooduitgang loopt.

Deze strip is geboren via dit eerste bord, met dit personage dat via een opening binnenkomt, heb ik gekozen voor die van de vulva, die ik visueel gewoon leuk vind. En het verhaal werd dan doos na doos, pagina na pagina, gecreëerd zonder vooraf aan het hele scenario te denken.

Op je Instagram kan je een greep uit je kleine schetsboeken met allerlei texturen bewonderen. Hoe ga je doorgaans te werk voor je projecten?
Ja, ik werk veel in kleine onderzoek notitieboekjes, als het gaat om strips met veel materiaal, en vooral met Oost-Indische inkt. Ik maak de meeste boekjes zelf, met behulp van gerecycleerd papier, of het specifieke papier waarop mijn strips worden getekend, om een glimp op te vangen van het eindresultaat. Voor Machination en de eerste vijf borden is er maar één onderzoek boekje, dat ik zelf heb uitgegeven. Het wordt geleverd in de vorm van A5-vellen die in twee gevouwen worden en worden gebonden door een elastiekje. Het is een werkinstrument dat niets kost, licht is en je overal kan meenemen. En voor de inhoud zijn er uittreksels, in kleine doosjes, van texturen, materialen, vormen, tests van hoe ik dit of dat element zal tekenen, samenstelling, enscenering… Als ik denk dat ik het gevonden heb, ga ik over naar de definitieve versie. Omdat mijn tekeningen de laatste tijd veel lichter zijn in texturen, werk ik niet zo, maar in grote notitieboekjes (altijd zelfgemaakt). Alles hangt af van de inhoud en de techniek.

 

Wie of wat zijn jouw grote inspiratiebronnen voor je werk?
Ik ben geen grote lezer van doorsnee strips. Zelfs sedert ik teken hou ik er meer van om ze eens te doorbladeren. Ik lees ze zelden helemaal uit. Er zijn een aantal tekenaars waar ik veel van hou en waar ik direct aan denk, zoals Chloé Poizat, Stéphane Blanquet, zowel technisch als universeel. De wereld van Roland Topor spreekt me erg aan in zijn tekeningen en animaties. Ik denk dan aan zijn animatiefilm La Planète sauvage (De Wilde Planeet). Maar ook Zelie Doffemont. En in een andere categorie misschien wat delicater en gevoeliger, maar ook in de manier van vertellen zijn er Zofia Zimana, Double Bob, James Lipnickas, Sara Hagale en Charlotte Chauvin. Verder zijn er ook nog de tekeningen van Laure Forêt die me wel aanspraken tijdens een expositie 4-5 jaar geleden, en die me gedeeltelijk in tekenfilm gelanceerd hebben.

 

Wat mogen we nog van jou verwachten in de toekomst?
Wat de toekomst betreft, is het de bedoeling om mijn masterdiploma volgend jaar juni al af te ronden. Daarna hoop ik de energie, stimulatie en behoeft om te tekenen te behouden. Daarom gaan we verder met de publicaties in eigen beheer, de zinefests, de leuke ontmoetingen, … Wat betreft Machination ben ik een paar maanden geleden begonnen met het hertekenen ervan, maar dit keer met mijn huidige manier van tekenen en vertellen. Ik zit al aan drie borden, dus nu ben ik zien of ik tijd heb om eraan verder te werken. En misschien kan ik dit project voorstellen aan een uitgeverij.

Machination #03 op Pulp deLuxe »
Profiel Lydie Dramah »







Gerelateerde berichten





More Story

Zine Club #03: Marginaal (Camilla del Fabro)

Review door Valentine Gallardo. Meer info over Camilla del Fabro op deze pagina.