De maagd en de neger, Toen David zijn stem verloor, Mikel en Penelope, … zijn slechts enkele fantastische graphic novels die Judith Vanistendael heeft uitgebracht. Er werd dan ook gejuicht in de stripwereld, toen we vernamen dat ze EINDELIJK die verdiende Bronzen Adhemar in ontvangst mocht nemen. In ons verhoor hebben we het met haar vooral over haar nieuw boek Atan van Kea, een strip die ze mocht maken in opdracht van het Louvre. Uiteraard konden we het niet laten om met haar ook eens de rol van de vrouwelijke striptekenaar onder de loep te nemen.
door Veerle Devos.
(foto’s: (c) Bart Van der Moeren – Stripgids)
Er klonk een luid Halleluja-gevoel onder alle vrouwelijke (en ook de mannelijke) tekenaars in ons Pulp deLuxe-team toen we vernamen dat jij een Bronzen Adhemar had gewonnen. Terwijl er zoveel vrouwelijk tekentalent aanwezig is, blijft de stripwereld grotendeels een mannenbastion. Is de verandering ingezet?
Er is duidelijk nog veel werk aan de winkel! Ik was deze morgen op de Franstalige radio BX1 en daar haalde Benoît Peeters aan dat hij blij was dat er het afgelopen jaren gemiddeld 30% vrouwelijke tekenaars gepubliceerd werden. Eigenlijk is het best erg dat we daar blij mee moeten zijn. Sinds het winnen van onder andere de Bronzen Adhemar ben ik er mij nog nooit zo van bewust geweest van het feit dat ik een vrouw ben. Daarvoor was ik daar niet zo mee bezig, ten onrechte, want de situatie in de stripwereld is niet in orde. Ik geef les in België maar ook onder andere in Zwitserland en Denemarken en het valt me toch op dat 90% van mijn studenten vrouwen zijn.
Ik ben een klassiek voorbeeld van NIET rechtdoor gaan. Mijn levensweg lijkt eerder op het bewandelen van haarspeldbochten in de Alpen.
Dan is het toch bijzonder en vooral bizar dat er nog maar zo weinig vrouwen gepubliceerd worden. Pas op, er zijn ook minder vrouwen actief in de stripwereld. Er zijn dus minder vrouwelijke namen om te nomineren, maar ik denk dat we op een soort scharniermoment zitten. Je merkt dat deze situatie de afgelopen twee jaar enorm snel aan het kantelen is. Ik denk dat we de komende vijf à tien jaar niet gaan weten wat we zien.
Je maakte Atan van Kea in opdracht van het Louvre. Blijkbaar mocht je zelf in het Louvre rondwandelen om jouw favoriete werk uit te kiezen om daar een verhaal rond te tekenen. Voelde je meteen een klik met de beeldjes van Atan van Kea?
Wel, ik kreeg een kaart waarmee ik het Louvre binnen en buiten kon lopen. Echt nuttig was dat helaas niet want we zaten toen midden in de lockdown. Ik heb er niet veel mee kunnen doen, maar ik kon er inderdaad rondkijken. Naargelang het kunstwerk dat je kiest brengen ze je dan in contact met de nodige mensen zoals de conservator, de archivarissen en nog heel wat andere specialisten. Je krijgt dus ook voldoende hulp om je onderwerp uit te diepen.
Het Louvre zelf is veel te groot en een waar doolhof om in te lopen maar ik was al op voorhand aangetrokken tot deze Cycladische beeldjes. Ze fascineren me omdat ze heel modern lijken, maar toch uit een eeuwenoud Europa komen. Ze behoren tot een tijdperk VOOR de Grieken, VOOR de Minoïsche en de Myceense beschaving. Ze noemen het aegeo-Anatolisch. Wetenschappers weten ook niet welke taal de mensen toen spraken. Ze hadden geen geschrift, maar toch maakten ze heel moderne beeldjes. Die beeldjes waren ook erg populair op de kunstmarkt en in galerijen. Ze werden massaal verkocht terwijl ze eigenlijk ingaan tegen alle principes van wat een groot kunstenaar of een belangrijk kunstwerk hoort te zijn. Het unieke bij deze kunstwerkjes is eigenlijk een beetje zoek. Er werden er heel veel van gemaakt en eigenlijk leken ze allemaal een beetje op elkaar. Ze werden ook beschilderd, mogelijk naargelang het ritueel waarin ze gebruikt werden, want eigenlijk weten we er nog te weinig over. Ik heb er best zelf veel opzoekwerk aan gehad want ik wilde een jongen laten rondlopen in een cultuur van vijfduizend geleden zonder dat het er idioot uit ziet. In veel historische strips lijkt het erop dat niemand een normaal leven leidt. Ik wou er geen episch verhaal van maken. Ik wilde het leven van Atan zo normaal mogelijk laten lijken.
Je draagt het boek op aan alle jongeren. Geef je hen de wijze raad in het verhaal zelf mee als leermeester?
Dat is een mooie omschrijving. Ik zie het zelf eerder als een klein verhaal of een essay in ‘verhaalvorm’. Het was een soort denkoefening over ‘Wat is kunstonderwijs?’ en ‘Wat is kunst?’. Het is een verhaal waarin ik al die vragen kwijt kon. Ik heb boeken gemaakt waarin het mijn bedoeling was om de lezer een emotionele uppercut te geven, om de lezer totaal van zijn/haar apropos te brengen. Dit was met Atan van Kea absoluut niet mijn doel. Het mocht niet te dik zijn van het Louvre, dus heb ik gekozen voor iets kleinschaligs. Ik zat op dat moment ook wel een beetje in existentiële crisis als lesgeefster. Wat is lesgeven? Hoe geef je les? Waarom zijn we streng en waarom geven we punten in het kunstonderwijs?
Ik stelde mezelf enorm veel vragen. Mijn nieuwe boek was een goed vehikel om al mijn zorgen en bedenkingen in kwijt te raken.
In veel historische strips lijkt het erop dat niemand een normaal leven leidt. Ik wou er geen episch verhaal van maken. Ik wilde het leven van Atan zo normaal mogelijk laten lijken.
Bent u zelf een strenge leerkracht?
Naar het schijnt wel, ze noemen me blijkbaar generaal Vanistendael. Ik denk dat men mij vaak streng noemt omdat ik nogal direct en eerlijk ben in mijn commentaar. Momenteel probeer ik vooral eerlijk te zijn want nu besef ik wel dat te streng zijn ook niet helpt, dat cursisten zich daardoor niet per se beter zullen ontplooien.
Eigenlijk zou je het best van al aan mijn studenten vragen of ik een strenge docente ben (lacht).
Wat is meesterschap voor jou? Bereik je ooit meesterschap of is het een eeuwig streven?
Volgens mij bereik je meesterschap als je jouw techniek zodanig onder de knie hebt dat je die kan vergeten. Het is een beheersing van je vak door training en oefening zodat je er op een heel lichtvoetige manier mee kan omgaan. Rembrandt, Picasso, Hockney, … je ziet onmiddellijk dat deze kunstenaars hun meesterschap hebben bereikt.
Het duurt erg lang, maar het fijne aan het vak als tekenaar is dat je beter wordt naarmate je ouder wordt. Dat vind ik heerlijk want het gaat in tegen alle maatschappelijke oordelen over ouderdom. Ik vind oude kunstenaars vaak het interessantst. In kunst is het dikwijls zo dat jonge artiesten het meest getormenteerd zijn. Oudere kunstenaars zijn vaak veel speelser en losser. Een mooi voorbeeld daarvan is danseres en choreografe Anne Teresa De Keersmaeker. Ik heb haar een paar jaar geleden bezig gezien op een festival en haar performance was ontzettend geestig en lichtvoetig.
Jongere kunstenaars moeten zichzelf uiteraard wel keihard bewijzen aan het begin van hun carrière. Dit is ook het geval bij je hoofdpersonage Atan. Het valt op dat hij verschillende malen in het verhaal te kampen heeft met faalangsten. Is dit volgens jou iets typisch voor (jonge) talentvolle artiesten?
Als artiest recreëer je als het ware een hele wereld. Het is heel moeilijk want die wereld begint pas te ontstaan door de ogen van de ander. Het is enorm eng om publiek beoordeeld te worden. Het is niet omdat ik mijn werk goed vind, dat een ander dat goed zal vinden, integendeel. Faalangst zie ik bij AL mijn studenten. Maar wij leren onze cursisten aan LUCA School of Arts vooral hoe ze moeten omgaan met kritiek en hoe ze er doorheen kunnen kijken.
Zonder een beetje faalangst maak je altijd hetzelfde, heb je geen scherpe blik.
Ikzelf, als kunstenaar, heb ook weinig zelfvertrouwen en daardoor maak ik altijd ander werk. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. De ene kant is heel destructief en zorg er misschien voor dat je naar beneden getrokken wordt, de andere kant zorgt dat je op scherp blijft staan en probeert om zo goed mogelijk te werken. Zonder een beetje faalangst maak je altijd hetzelfde, heb je geen scherpe blik.
Social media helpen jongeren helaas niet om aan die faalangst te werken. Het schept een totaal onrealistisch beeld van hoe iemand hoeft te zijn. De continue blootstelling aan beelden en aan mogelijkheden is één deel van het probleem, maar ook de maakbaarheid van de mens, dat je zogezegd kunt kiezen wie je bent, legt een enorme druk op ons. De combinatie van gigantische keuzemogelijkheden en een totale doorgedreven standaardisering en individualisering, lijkt mij gewoon giftig. De Neo liberalisering van alles zorgt voor angst en depressie, een soort van eenzaamheid.
‘In het leven wandelt niemand rechtdoor’, een uitspraak die zowel door Atan zelf als door de oude Sara wordt verwoord. Geloof jij in zoiets als het rechte pad?
Als je jong bent heb je het idee dat je een rimpelloos leven zal leiden. Ik moet altijd heel hard lachen als ik daaraan denk, want je weet natuurlijk dat het niet zo is. Toen ik jong was dacht ik ‘ik ga rechtdoor. Ik ga studeren en dan komt de rest wel vanzelf goed. ’Het werd uiteindelijk een ware modderpoel waarin je gewoon je weg probeert te vinden. Dat bleek eigenlijk wel een goede les te zijn want ik merk wel op dat mensen die steeds rechtdoor gaan, niet altijd de beste kunstenaars zijn. Je hebt die modder dus ook een beetje nodig om de verschillende facetten van het leven te begrijpen. Ik ben een klassiek voorbeeld van NIET rechtdoor gaan, mijn levensweg lijkt eerder op het bewandelen van haarspeldbochten in de Alpen (lacht).
Je bent zeer gedreven in het gebruik van verschillende soorten materiaal: Mikel tekende je met kleurpotloden, bij je boek Penelope gebruikte je aquarel,… Waarom koos je voor een digitale aanpak bij Atan van Kea?
Daar zijn twee redenen voor. Bij Mikel gebruikte ik kleurpotloden en zware pennetjes. Toen had ik enorm veel spierproblemen. Bij mijn volgende graphic novel Penelope wilde ik daarom overstappen naar aquarel maar dat bleek ook te pijnlijk te zijn. De pijn is een stuk van het verhaal. De andere kant van het verhaal is mijn rol als leerkracht. Heel veel cursisten kiezen voor de digitale aanpak en ik kende daar niets van. Nu weet ik tenminste waarmee ze bezig zijn.
Voor Atan van Kea gebruikte ik Photoshop waarin ik een set manga brushes heb aangekocht. Ik heb mijn uitgever van de digitale aanpak moeten overtuigen maar uiteindelijk waren ze heel tevreden met het resultaat.
Mogen we in de nabije toekomst nog iets nieuws van je verwachten?
Ik weet niet of het zal lukken maar mijn doel is om een heel grappig boek te maken over klimaatverandering, een echt futuristisch fictieverhaal over iemand die moet vluchten door de klimaatverandering in België.
Het lijkt ons super interessant om eens de andere kant van het vluchtelingenverhaal te zien. Bedankt voor je tijd in deze drukke periode. We kijken samen met jou uit naar je nieuwe werk en naar het publiceren van nog meer vrouwelijke kunstenaars!
Atan van Kea telt 128 pagina’s en is verschenen bij Uitgeverij Oogachtend.
Nog tot 18 december kan je in De Warande in Turnhout de expo Ontroerend Goed, een overzichtstentoonstelling van het werk van Judith Vanistendael bezichtigen.