Het Verhoor: Clara Lodewick over Merel
6 maart 2023 


Debuteren met meteen een nominatie voor de selectie van Angoulême, dat viel de Brusselse Clara Lodewick te beurt. Met haar graphic novel Merel, dat over de zondebok handelt, ging het alvast heel hard. Hoog tijd om er haar eens over uit te horen.

door Bruno Willaert.

verhoor-clara2

Achterklap is een belangrijk thema in Merel, maar vooral dan ook het verschil van leefwereld tussen volwassenen en kinderen in combinatie met de onderlinge problemen tussen de volwassenen onderling die Merel als zondebok voor al hun problemen gebruiken met alle gevolgen van dien. Wat bracht je tot dit verhaal?

Er speelden verschillende zaken. Het is niet dat ik ineens wist wat ik wou gaan vertellen. Ik vind het zondebok-principe op zich een heel boeiend onderwerp. Tijdens het middelbaar had ik twee jaar humane wetenschappen gevolgd en we hebben toen heel veel experimenten gezien over groepspsychologie, over hoe mensen reageren in groep. We hebben toen ook bepaalde experimenten rond de zondebok gezien. Ik vond dat heel interessant en vooral omdat je daar iedere dag mee in aanraking komt, op school of in je familie of in de maatschappij die bepaalde mensen gaat afzonderen. Ik wou een beetje begrijpen waarom een zondebok ontstaat en heb veel zaken ontdekt en gelezen dankzij dit project. Vooral in deze strip was ik benieuwd naar wat er gebeurt nadat zo’n gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Hoe gaan mensen met elkaar om na zoiets en dat zit verwerkt in het derde deel van het boek.

Blijkbaar is de zondebok het lievelingsthema van de Vlaamse Gemeenschap

Het interessante is dat naar het einde van het verhaal als de communicatie onderling eindelijk wel goed verloopt er een Playmobilversie van Egyptische Goden in beeld komt. Ik neem aan dat dat niet toevallig is?

Mijn broer had zo’n Playmobil-versie van de Egyptenaren. Ik weet niet meer waarom ik exact daarvoor gekozen heb, maar ik vind oud, antiek Egypte redelijk eng en agressief qua tekeningen. Ik weet niet of je nog die tekenfilm/strip Papyrus kent? Dat was een leuk speelgoed, maar tegelijk bracht dat bij mij oude angsten naar boven. Ik vond dat wel ideaal voor die scène. Eigenlijk was dat een veel langere scène. Er waren meer pagina’s waar Finn met zijn speelgoed speelde en eindelijk kon praten, maar ik vond dat niet kloppen omdat hij eigenlijk niet spreekt. Het excuus van het speelgoed vond ik een beetje te gemakkelijk en daarom heb ik dat geschrapt.

 

Het klinkt als een heel Vlaams verhaal, maar qua thematiek deed het me zelf een beetje denken aan de films van Anders Thomas Jensen, maar ook Jagten van Thomas Vinterberg en de films van Roemeense regisseur Cristian Mungiu. Het moet dus wel een heel herkenbaar universeel thema zijn.

Het is inderdaad heel Vlaams. Ik ben een beetje tot dezelfde conclusie gekomen. Ik had dat niet door, maar ik heb al vaker boeken gelezen met hetzelfde thema door Vlaamse schrijvers zoals Hugo Claus met De Geruchten of jeugdschrijver Bart Moeyaert met Suzanne Dantine wat eigenlijk ook een roddelverhaal is in een dorp met vrouwen aan de rand van de maatschappij. Lize Spit heeft het ook voor dat soort van verhalen. Blijkbaar is dat het lievelingsthema van de Vlaamse Gemeenschap, maar het is inderdaad heel universeel.

Het belangrijkste waarom ik voor dat thema gekozen heb is dat het gebeurt in een klein dorp en daar zie je de problemen gemakkelijker. Ik kon het ook in Brussel of in eender welk land situeren, maar ik heb alleen nog maar in Brussel en in Vlaanderen geleefd. Aangezien ik het een beetje eng vond om direct het verhaal in een grote stad te situeren koos ik voor een dorpje en het enige dat ik kende lag in Vlaanderen. Het moest dus daar wel gebeuren, maar op zich heb ik daar niet over nagedacht.

Ben je zelf op het platteland opgegroeid?

Ik ben er niet opgegroeid, maar heb er wel geleefd. Ik ben in Brussel opgegroeid en naar Vlaanderen verhuisd naar een klein dorpje toen ik bijna veertien was. Vooral de landschappen en huizen in Merel zijn geïnspireerd door die omgeving, maar de mensen in het verhaal waren niet mijn buren. Dat waren meer verhalen die ik overal heb gehoord.

 

In tegenstelling tot je illustratiewerk hanteerde je in Merel de klare lijn. Was daar een bepaalde reden voor?

Dat kwam door mijn uitgever, waar ik veel discussies mee heb gehad. Ik was totaal niet zelfzeker over mijn tekeningen. Toen ik hem mijn eerste pagina’s gaf zag hij dat ik nog niet had beslist hoe ik zou tekenen. Hij heeft mij als tip gegeven om mijn lijnen vast te maken en alles te omringen. Zo begon ik klare lijn te tekenen. Daarmee ben je verplicht een statement te maken. Ook al ben ik niet zo goed in anatomie, met die klare lijn zeg je wel dat dit je beslissing is. De klare lijn heeft me zelfzeker gemaakt. Ik heb dan ook veel referenties gaan bekijken en het was ineens ook bevrijdend om zoiets te beslissen en ervoor te gaan.

Het kan dus evengoed zijn dat je voor een volgend boek een andere tekenstijl gaat gebruiken?

Ja, momenteel ben ik daarover aan het nadenken hoe ik mijn volgende project ga tekenen. De klare lijn ga ik wel behouden, maar het champetter gedoe uit Merel gaat niet meer passen in mijn nieuwe script. Ik moet wel nog zien hoe ik toch ook charme kan brengen in mijn tekeningen.

Ik las dat je je voor de tekeningen en inkleuring liet inspireren op de expressionistische schilders van de school van Sint-Martens-Latem?

Het gaat dan vooral om de inkleuring. Ik ben nog nieuw en jong en heb nog niet veel ervaring. Als ik voor een wit blad sta weet ik soms niet hoe ik aan mijn inkleuring moet beginnen. Ik ben bepaalde schilderijen erbij gaan nemen, waarvan ik de sfeer interessant vond.  Ik heb dan twee, drie kleuren gekozen en heb daarrond iets gepuzzeld voor de laatste scène in het stripverhaal die voor mij emotioneel sterk moest zijn. Tegelijk was het ook een moment waar mijn personages een soort van rust vinden. Mijn tekening moest voor mij hetzelfde blijven. Dus hoe kon ik dat emotionele een beetje meer accentueren? Ik heb dan tien schilderijen bij elkaar genomen en heb een soort van tijdlijn gemaakt van de scene. Ik steel dus altijd zaken van schilderijen.

Iets anders nog. Als Brusselse en perfect tweetalige had je voor je opleiding de luxe om te kiezen tussen LUCA School of Arts en ESA St Luc. Speelde de grotere Franstalige markt mee bij je keuze voor ESA St Luc?

Ja, tot mijn zeventien was ik vooral Nederlandstalig en ging ik naar school in het Nederlands. Voor mij was kiezen voor een opleiding in de Frans niet zo makkelijk, ook voor examens om te schrijven en te lezen. Ik heb er uiteraard ook voor gekozen omdat de markt veel groter is, maar ik wist al dat het moeilijk ging zijn en ook dat ik daar echt mijn beroep van wou maken. Ik wou echt alle kansen grijpen om er iets van te maken en ik hoopte gewoon dat ik het zou kunnen laten vertalen, wat nu gelukkig het geval is. Ik heb vooral ook voor de Franstalige kant gekozen omdat mijn stripcultuur van beide kanten komt, maar er is gewoon veel meer aan die kant en dat is gewoon een feit.

 

Merel haalde de selectie van het festival van Angoulême. Wat doet zo’n nominatie met een jonge stripmaker?

Dat is vooral goed nieuws omwille van wat ik net zei. Ik wil er de komende jaren mijn beroep van maken. Ik kan er momenteel van leven, dus dat is ook iets dat ervoor zorgt dat mensen mij blijven vertrouwen zodat ik nog steeds een uitgever heb. Moest mijn strip niet goed ontvangen zijn, had ik waarschijnlijk veel minder kansen om verder te doen. Dus ik probeer er wel voor te zorgen dat mijn droom kan blijven verder gaan.

Het was de eerste keer in Angoulême?

Ja, inderdaad. Ik vond het het leukste festival waar ik ooit al geweest ben, vooral ook omdat al mijn vrienden daar waren. Het was veel werken en tegelijk veel feesten. En ik heb toch wel een paar expo’s en een paar conferenties kunnen bekijken. Het is ongelooflijk hoeveel stripauteurs waar je naar opkijkt op dezelfde vierkante meter aanwezig zijn.

 

Meestal vergeet ik het altijd omdat het in januari doorgaat.

Het is net leuk dat het in januari plaatsvindt, want het is dan winter en dat duurt en duurt maar. Dan heb je ineens vier dagen feesten en cultuur en vrienden en ontdekkingen. Da’s enorm leuk!

Wat mogen we nog verwachten in de toekomst?

Dat weet ik zelf nog niet, maar binnen de twee, drie jaar komen er twee stripverhalen uit. Eentje zal in dezelfde collectie van Dupuis verschijnen, maar ik weet nog niet of die vertaald wordt. Ik hoop van wel. En dan is er ook nog een stripverhaal voor kinderen. Da’s ook voor een collectie van Dupuis. Je hebt daar Les Ondes Marcinelle en Les Ondines. Ik ga voor Les Ondines een scenario schrijven. Ik ben nu bezig met het afwerken van het scenario, maar dus ik teken dat niet. Dus dat zijn de twee zaken die er zeker aankomen.

 

Merel telt 160 pagina’s en is verschenen bij Dupuis.

Bestel Merel »
Instagram Clara Lodewick »







Gerelateerde berichten





More Story

Het Verhoor: Michaël Olbrechts over Galapalos

Michaël Olbrechts brengt ons in zijn vierde boek naar de Galapagoseilanden. Een exotisch verhaal die ons ook een aantal...