Niet enkel stripmakers zitten momenteel in lockdown. Er is ook nog een heleboel volk dat al dan niet aan de zijlijn constant bezig is met het organiseren van van alles rond het medium strips. Vanavond leggen we ons oor te luister bij Bruno Willaert (Pulp deLuxe), Veerle Devos (Pulp deLuxe), Roel Daenen (Stripgids), Tine Anthoni (Stripmuseum) en Johan Stuyck (Oogachtend en Stripincubator).
1. Welke gevolgen heeft Corona voor jouw dagelijkse bezigheden?
2. Wat ligt er momenteel op je tekentafel? (tenzij toch van toepassing)
3. Welk boek ben je tijdens je lockdown aan het lezen / heb je net uit / ligt klaar om te lezen? En wat wil je erover delen?
4. Hoe onderhoud je in deze periode je sociale contacten?
5. Wat is het eerste wat je gaat doen eens de lockdown opgeheven wordt?
Bruno Willaert (Pulp deLuxe)
1. Voor mijn dagelijkse job heeft het grote gevolgen. Ik werk in de reissector waar ik, net zoals zoveel anderen, tijdelijk op non-actief gezet werd. Gezien de reissector erg lijdt onder de Coronacrisis heb ik er nog geen zicht op wanneer ik zal kunnen terugkeren. Anderzijds geeft het me wel de gelegenheid om aan andere zaken te werken waar ik anders minder tijd voor heb, zoals bijvoorbeeld Pulp deLuxe. Deze rubriek is mooi voorbeeld van een uit de hand gelopen ideetje ten gevolge van de lockdown. Een paar weken geleden ook voor het eerst (en wellicht voor het laatst) oprecht blij geweest met de aanschaf van een navulpak handzeep.
3. Veel boeken tegelijk aan het lezen. Momenteel bezig met een soort van biografie van Gaston Eysselinck, een Gentse architect in de stijl van Le Corbusier die na de Tweede Wereldoorlog naar Oostende trok voor zijn eerste grote overheidsproject, het Postgebouw van Oostende, een project met allerlei problemen van diverse aard. Oostende overstroomde ook nog tijdens de uitwerking ervan, na vele discussies werd Eysselinck op een bepaald moment de toegang tot de werf ontzegt, … Nog voor het Postgebouw ingehuldigd werd pleegde hij zelfmoord na allerlei tegenslagen. Mijn interesse voor hem ontstond vooral door een hoofdstuk in Kamer in Oostende van Koen Peeters. Verder ligt ook nog Kamers Anti Kamers van Niña Weijers klaar om verder te lezen.
Qua strips/graphic novels onlangs Alle Dagen Ui van B.Carrot gelezen, waaruit we leren dat we toch niet echt te klagen hebben over onze lockdown. Verder ook Uitverkocht gelezen, een afstudeerproject van Martha Verhoest, waaruit je binnenkort iets op Pulp deLuxe zal kunnen lezen. Ook Watchmen ben ik rap eens aan het herlezen ter gelegenheid van de gelijknamige tv-serie. Tenslotte heb ik tijdens het “rommelen” ook het eerste nummer van Parcifal Stripmagazine (2006) herontdekt. Daarin staat naast een hilarische fotostrip met allerlei beruchte Gentse figuren ook nog het eerste deel van De Mongoliden van Olivier Schrauwen.
4. Noodgedwongen het videochatten via Jitsi, WhatsApp en Zoom ontdekt tijdens deze lockdown-periode. Vergaderen verloopt wel een pak efficiënter via video omdat het toch wat raar voelt om te lang naar het kleine schermpje van je smartphone te staren.
5. Op café gaan! Terug afspreken met vertrouwde gezichten die ik afgelopen tijd enkel op het kleine schermpje van mijn smartphone kon zien. En terug naar Oostende gaan oa om het graf van mijn vader nog eens te bezoeken.
Veerle Devos (Pulp deLuxe)
1. Ik heb er een dubbel gevoel bij. Ergens maak je wel eens tijd voor iets waar je anders geen tijd voor had maar aan de andere kant moet je jezelf wel in veel stukjes verdelen. Ik ben zelf ouder en NT2-leerkracht dus mijn dag wordt opgedeeld in pre-teaching aan de kinderen, ’s middags koken, dan videolessen geven en online materiaal maken plus ergens de kinderen nog wat weten te entertainen. ’s Avonds probeer ik dan wel eens iets creatiefs te doen of iets in het huishouden te doen… Nee, ik verveel me absoluut niet!
2. Ik ben zelf geen grote tekenares. Ik zit al tientallen jaren in mijn oefenfase. Ik heb onlangs een online les ‘live een naaktmodel tekenen’ gevolgd. Ik heb gewerkt aan portretten met schaduweffect en teken af en toe eens een mooie mevrouw om op te sturen naar mijn gescheiden vader. Hij geeft me af en toe eens een opdrachtje door.
3. Ik heb voorlopig enkel graphic novels en strips gelezen. Ik vond de nieuwe graphic novel Alle dagen ui van B. Carrot leuk om te lezen. Ik geef zelf ook les aan anderstaligen en vluchtelingen en ik kon me wel inleven in het verhaal. Ook Uitzicht met kamer van Mattias Ysebaert kon ik smaken en nu ben ik van plan om aan De Baron von Münchhausen van Wouter Deprez en Randall Casaer te beginnen. De combinatie van deze twee artiesten vind ik bijna altijd geslaagd.
4. We videochatten toch dagelijks tot tweedagelijks met onze familieleden. Mijn collega’s zie ik wekelijks via zoom, want de meetings blijven wel verder gaan. En ik zit heel vaak op Facebook dus daar heb ik ook contact met vrienden.
5. Familieleden en vrienden die ik al lang niet meer heb gezien eens gaan begroeten (knuffelen zal wel nog niet mogen), lekker gaan eten en eens op café gaan.
Roel Daenen (Stripgids)
1. Het leven vertraagt de pas, dat is zeker. Op professioneel vlak is mijn werkgever, FARO, er goed in geslaagd om – ondanks alles – de continuïteit van de werking te waarborgen. Zo houden we meetings vlot in Teams, een videoconferentieprogramma. Een deel van mijn tijd gaat naar de productie van het driemaandelijkse tijdschrift – en da’s iets wat perfect vanop afstand kan, ook al zijn alle musea, archieven, erfgoedbibliotheken enzovoort gesloten.
Dat geldt ook voor Stripgids, al moet daar nog blijken welke impact de crisis concreet zal hebben op de productie van nummer 7 en 8, en al onze andere activiteiten. We hadden afspraken met het Instituto Cervantes – het Spaans cultureel instituut – om het in nummer 7 te hebben over de stripscène is Spanje, vroeger en nu. Door de enorme impact van de coronacrisis op dat land is het volstrekt onduidelijk of een en ander (tekstproductie, de vertaling, het portfolio enz.) nog haalbaar is.
3. Gisteren heb ik het magistrale Beethoven. Een biografie uitgelezen. Magistraal, omdat het niet alleen een scherp beeld geeft van het leven en werk van een grensverleggende componist wiens 250e verjaardag dit jaar normaal gesproken uitgebreid herdacht zou worden. Het is ook nog eens verdraaid goed geschreven; helder, rijk van taal en gestructureerd. Een pageturner, zonder meer. Caeyers zet de figuur Beethoven neer met levendige borstelstreken, aan de hand van brieffragmenten, fragmenten uit partituren, getuigenissen en inzichten uit zijn eigen praktijk als muzikant. Bovendien staat dat portret in de context van het Europa van het einde van de 18e eeuw, met de gevolgen van de Franse Revolutie (een gebeurtenis die als historisch ijkpunt terecht een scharnierpunt is voor de Europese en westerse geschiedenis) en het begin van de 19e eeuw, met zijn maatschappelijke en politieke dynamiek. Als cultuurliefhebber en historicus is dit echt spek naar mijn bek. Het volgende boek, nog zo’n pil, ligt ook al klaar: Frits Botermans, Cultuur als macht. Een boek waarvan ik veel verwacht. En hè, opnieuw Duitsland! Verder kan ik mensen die van taal en schrijven houden ook nog Lydia Davis’ De schoonheid van weerbarstig proza aanraden. Op het stripfront ben ik me door de integrale van De Mini-Mensjes aan het werken.
4. Telefonisch, vooral. Het hele videoconferentiegebeuren heeft een groot ‘bevreemdingseffect’: je ziet jezelf de hele tijd, net als degenen met wie hebt afgesproken terwijl je Ik hou ook veel van ouderwetse post en schrijf met grote regelmaat kaartjes. Voor de langere versie, de brief, ontbreekt me vaak de tijd én het doorzettingsvermogen. Vroeger had ik dat wel, en schreef ik met vrienden lange epistels. Dat doet me dan weer denken aan die gevleugelde uitspraak – pardon, geschreven zin – van de 17e-eeuwse Franse mathematicus Blaise Pascal: “Je vous écris une longue lettre parce que je n’ai pas le temps d’en écrire une courte.” In de buurt waar ik woon ga ik ook wel eens wandelen en sla ik met plezier een praatje – weliswaar op veilige afstand – met bekenden.
5. Op familiebezoek, en naar het graf van mijn ouders.
Tine Anthoni (Stripmuseum)
1. Het Stripmuseum is gesloten voor het publiek, en ik werk van thuis uit. Omdat we geen bezoekers meer in het museum kunnen ontvangen, boksen we alle dagen een stukje stripinfo in mekaar om het Stripmuseum naar het publiek te brengen, via Facebook en dergelijke. O ja, en ik heb ook nog twee kleine kinderen. Die ik tijdens het werk in de tuin pieren laat opgraven. Die de jongste dan opeet.
3. Momenteel: De Fotograaf van Emmanuel Guibert, voor de tweede keer. Ik weet niet of ik het beter vind of minder goed dan De Oorlog van Alan, maar goed is het wel. Ik ben nog in het eerste deel dus nog niet helemaal in de juiste flow, het springen van foto’s naar strip is toch weer even wennen. Ik herlees momenteel vooral wat in mijn kast staat, en neem er mijn tijd voor. Maar Drieman van Wide Vercnocke ligt dankzij mijn lieve postbode klaar en daar kan ik binnenkort aan beginnen.
4. Een beetje meer of een beetje minder dan anders? Ik ben niet zo’n beller en mis mijn vrienden en collega’s, hoewel er flink gebeld en geskypet wordt. Een positief neveneffect van de coronacrisis is dat ik met heel wat buren intussen vrolijk praatjes sla bij het wandelen, en dat daar verrassend fijne mensen bijzitten.
5. Even alleen zijn, op een Brussels bankje gaan zitten, mensen kijken.
Johan Stuyck (Oogachtend, Stripincubator, LUCA School of Arts)
1. Eigenlijk niet zo veel behalve het feit dat ik van op afstand mijn studenten Beeldverhaal (Sint-Lukas Brussel) begeleid. Ze zitten in de eindfase van hun bachelor- of masterproef – waar ze al zes maanden aan gewerkt hadden voor de lockdown – en sturen mij digitaal hun vooruitgang door waar ik dan via mail op reageer.
2. Ik werk, als verteller, aan twee kinderboekjes met twee illustratoren: Stedho en Christophe Jacques. Met Stedho is dat het vierde, met Christophe het tweede.
3. Beginners, een verhalenbundel van Raymond Carver. En veel van Marc Sleen, dat ik herlees ivm een project waar ik mee bezig ben.
4. Facebook, telefoon en af en toe aan een raam staan zwaaien.
5. Een koffietje drinken op een terras. Tot zover mijn vurig verlangen.